Labels

Posts tonen met het label Brielle. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Brielle. Alle posts tonen

zondag 24 november 2024

192 - Update over de update over BOERENWORMKRUID

 Oh help! Vriendinnen wezen me er gisteravond op dat mijn updated post 173 op hun mobiel niet naar boven kwam. Ze konden mijn nieuws niet lezen. Uiteraard zet ik dat vandaag recht, want waarom schrijf ik? Juist!


Dit is Noor.
Noor is zo'n oudere vrouw die in hoongelach uitbarst wanneer je haar vertelt dat je nog echt niet oud bent wanneer je best dicht tegen de zeventig jaar aanschurkt. Botox, fillers, voor diabetici bedoelde pillen, 'nips 'n tucks' (zij vindt dat de Britten een veel creatievere woordenschat hebben), het is allemaal niet aan haar besteed.
Wanneer zij (na 2x toiletbezoek gedurende de nacht) haar bed uitstapt, zijn haar benen stijf en doet haar nek zeer. En dat is zoals het is. Ze neemt haar leven zoals het komt, met hobbels en bobbels. 
Tót de ochtend dat ze een dode vent op haar composthoop vindt. Die gebeurtenis maakt de speurhond in haar wakker, en geholpen door een grote dosis onbezonnenheid, overmoed en de honderden 'whodunits'* die ze verslonden heeft, gaat ze zelf op zoek naar de moordenaar.

* "De whodunit is een subgenre van detectiveverhalen, waarin de nadruk geheel ligt op het proberen te achterhalen wie de dader is van een moord of ander misdrijf." 
Met dank aan Wikipedia.

Maar Noor is niet de enige vrouw in Boerenwormkruid.
Door haar verhaal, is het verhaal van Agnieken verweven. Zij leeft net als Noor in Brielle. Alleen is haar Brielle in 1572, het is oorlogsgebied. Op meerdere vlakken ook; de 'Geuzen' vechten letterlijk tegen de Spanjaarden, maar de bevolking van het Nederland van toen is onderling verdeeld in religieuze groeperingen die elkaar met het woord bevechten. Agnieken moet zichzelf met haar 17 jaar staande zien te houden in een sterk gepolariseerde samenleving, waarin vrouwen ondergeschikt zijn aan mannen.

Eigenlijk heeft het Brielle van 2022 meer overeenkomsten met Den Briel van 1572 dan je zou vermoeden.

Mijn nieuws is dat ik zelf een whodunit aan de stapel ga toevoegen, dat mijn boek in het voorjaar van 2025 in de boekhandels zal liggen, nog nèt tegen het oude btw-tarief, yay!
Uiteraard hoop ik dat je nu zo nieuwgierig bent geworden dat je het zult willen lezen.
Mocht je me willen bereiken over dit boek, dan kan dat op dutchdeltagardener@gmail.com 

Alsnog een fijn weekend!
Renée 


zaterdag 6 juli 2024

Boerenwormkruid: er is nieuws!

 Geduld is een schone zaak, maar kan een opgave zijn wanneer je in de loop van je leven bijna je hele voorraad geduld hebt opgebruikt!

Helaas moet ik dat kleine beetje geduld dat ik over heb nu aanspreken, want ik zal toch echt tot voorjaar 2025 moeten wachten totdat Boerenwormkruid in de boekhandels ligt...
Maar: er zit wel degelijk beweging in! De catalogus waarin mijn boek wordt aangeboden is de deur uit, of 'de wereld in' zoals mijn uitgever zo mooi verwoordde. 

Misschien kan jij je mijn trots een beetje voorstellen. En zo niet, dan leg ik het even uit: in mijn leven waren boeken mijn veilige plek, waarin ik me kon verbergen voor de harde realiteit. Donner is mijn favoriete winkel in Rotterdam, dat zegt meteen alles, toch? Het was nooit een optie dat ik niet zou proberen toe te treden tot die boekenwereld...en de aanhouder wint.

Uiteraard gooi ik me in dit avontuur op het moment dat de regering het verbijsterend domme plan om de btw op boeken te verhogen voorlopig in de ijskast heeft gezet. Tot 2026. Nee, dàt zal de leesachterstand van de jeugd van Nederland echt opkrikken zeg! Je zou je bijna gaan afvragen of onze politici niet ook zelf een beetje een achterstand hebben.

Maar goed, wat mijn hoofdpersoon Noor en ik gemeen hebben, is koppigheid en de moed om een sprong in het diepe te wagen.
Om je eraan te herinneren, of misschien voor het eerst mee kennis te laten maken, waar Boerenwormkruid onder andere om draait, staat hieronder (nogmaals) de prequel.

Filosofen, psychologen, sociologen en allerhande hulpverleners discussiëren er al jaren over: wat is dominant in de psyche van een mens, nature of nurture?

Is wreedheid aangeboren, doorgegeven via de genen van vader op zoon, of wordt die zoon door leefomstandigheden wreed gemaakt? 

Het zou de twee mannen, die op het braakliggende maisveld van de zomer ervoor op een paar meter naast elkaar de bodem met hun dure metaaldetectoren afzochten, een worst wezen. Ze hadden alleen belangstelling voor de piepjes die in hun even dure koptelefoons klonken. Van tijd tot tijd haalde een van de twee een roestvrij stalen schepje uit de vondstentas om zijn middel, om gespannen te gaan graven op de plek die de detector had aangewezen. Dan stopte de ander even, om toe te kijken wat zijn maat opgroef. Negen van de tien keer bleek het blijdschap om een dode mus (nee, niet letterlijk, duh!) en was het een roestige spijker, of een stuiver uit 1965. 

De ene man was groot en fors, zéker twintig kilo te zwaar, met achterover gekamd dik, donker haar met grijzende slapen. Hij was trots op zijn leeuwenmanen en liet ze tweewekelijks vertroetelen door een trendy kapper. Hij had de borstelige wenkbrauwen die bij het haar hoorden en een zware baardgroei op zijn massieve kaken, die hij echter bij de barbier glad liet scheren. Zijn handen waren zacht, met gemanicuurde nagels. Dit was beslist geen landbouwer. Zijn ogen waren rond en hij had het pruimemondje van zijn moeder geërfd, zodat hij eigenlijk meer op een verbaasde eekhoorn-met-leeuwenmanenpruik leek dan op de trotse leeuw die hij zelf zag als hij in een spiegel keek.

Zijn vriend was slank, met keurig geknipt blond haar dat ook aan de slapen begon te grijzen. Hij ging er prat op zijn dieet in de gaten te houden, tot sjaggerijn van zijn te zware maat, die hem altijd probeerde over te halen tot de vette happen op menukaarten. Zonder succes overigens, vegetariërs eten liever een droge boterham dan spareribs of buikspek. Alles aan hem straalde welvaart uit, van zijn Rolex tot aan zijn Durbarry's van bijna 430 euro. Ook hij had geen werkhanden, maar wel een gouden zegelring met passer en driehoek aan de ringvinger van zijn rechterhand.

Die nevelige zondagochtend in oktober was het de slanke man die de jackpot opgroef. Terwijl zijn vriend afgunstig toekeek, haalde hij na koortsachtig graven op bijna 70 cm diepte een potscherf naar boven. Voorzichtig groef hij verder, totdat hij een kapotte aardenwerken kruik blootgelegd had. Hij haalde nog meer klei rondom de kruik weg, zodat hij kon zien wat zijn detector zo had doen afgaan. Hij negeerde de zure opmerking naast hem dat 70 cm diep graven veel meer was dan wettelijk toegestaan, 40 cm te diep zelfs. Of misschien hoorde hij het niet eens, want hij pakte met ingehouden adem een handje munten uit de kruik. Dat hij daarvoor op zijn buik in de modder moest liggen en zijn Burberry zou moeten laten stomen, maakte hem niet meer uit. Het bloed gonsde in zijn oren, hij voelde zich als een uitgedroogde Jack Sparrow die een lading rum had gevonden. Met wat water uit zijn bidon spoelde hij de klei van een munt, draaide hem om en begon van oor tot oor te stralen.
De munt was op sommige plekken wat afgesleten, maar hij kon toch duidelijk in het midden een wapen onderscheiden, met erboven een kroon en langs de rand de woorden Dominus Mihi Adivtor. Aan de andere kant van de munt keek het met een puntbaardje versierde profiel van Filips II, koning van Spanje, ernstig naar rechts. Onder zijn torso met hoge kraag stond het jaartal: 1572.
Hij groef snel de rest van zijn schat op en voelde toen pas de intense blik van de man naast hem, die zowat een gat in zijn hand brandde. Met een instinctief, beschermend gebaar bedekte de slanke man het hoopje munten met de zachte fleece lap die hij speciaal voor eventuele vondsten in zijn vondstenzak bij zich droeg.
De grote man snoof beledigd. 
"Ik pak ze heus niet af, zeg."
Zijn maat reageerde met een ongemakkelijk, zenuwachtig giecheltje.
"Nee, uiteraard. Natuurlijk niet. Wil jij nog verder zoeken, of...?"
De ander schoof met een gebaar dat boekdelen sprak zijn koptelefoon weer over zijn oren en zijn detector aanzettend, liep hij verder over het veld.
" Aquila muscas non captat,"* mompelde hij verbeten.
(C) Renée Grashoff  2024

Zo. Het verhaal is begonnen. Ik hoop dat jij het leuk vindt, leuk genoeg om te willen lezen hoe het afloopt.
* Even googlen 😁 

Mocht je mij over dit boek willen bereiken, dan kan dat op dutchdeltagardener@gmail.com 

Groetjes,
Renée Grashoff 




2025/3 - Don't believe everything you read

  Last week I told you I plan to prune my 'olijfwilg' , or olive willow to you (Elaeagnus Ebbingei), but that I want to make certain...